Elke maand schrijft een redacteur een brief aan de toekomst. Wat kan er beter, wat mag onder geen beding verloren gaan en bovenal: wat voor faculteit willen we worden?
Tekst: Max Rensink /// Beeld: Winonah van den Bosch
Door de coronacrisis lijken sommige ontwikkelingen in een stroomversnelling te komen. Zo vinden er momenteel enorme technologische ontwikkelingen plaats die zowel een vloek als een zegen kunnen zijn. De trend om te werken via de computer is bijvoorbeeld geëxplodeerd. We werken meer digitaal, studeren digitaal en vieren zelfs onze verjaardag digitaal. We zitten dagelijks urenlang naar een scherm te turen. Snelle rekensom: voor mij deze week gemiddeld acht uur per dag. We doen dit vanuit ons huis, op de computer die we ook gebruiken om te ontspannen. Ik wil graag mijn zorgen met je delen over de vervagende grens tussen vrije tijd en werk en je hulp vragen om deze scheidslijn te koesteren.
In de studio waar ik woon, zoom ik niet alleen in mijn studeer-woon-slaapkamer met mijn studiegenoten, maar beantwoord ik ook mijn e-mail op dezelfde computer als dat ik YouTube filmpjes kijk. Aan het bureau waar ik filosofische teksten lees, eet ik mijn avondmaaltijd en kijk ik een wedstrijd van Ajax. De plek waar ik mijn studie-activiteiten verricht is dus tegelijkertijd een plaats voor ontspanning. Dit zorgt voor wrijving tussen vrije tijd en werk: ik betrap mijzelf er wel eens op dat ik tussen twee Netflix-afleveringen door mijn e-mail check. De digitalisering van ons leven laat de grens tussen vrije tijd en werk vervagen.
Een tweede reden voor het vervagen van deze scheidingslijn werd in het jaar 2000 al beschreven door twee filosofen. Misschien zijn ze zeer bekend in jouw tijd. Dat lijkt mij een goede ontwikkeling. Michael Hardt en Antonio Negri schreven in hun boek Empire dat er een verandering heeft plaatsgevonden in de manier van werken: in de kapitalistische wereld is er steeds meer sprake van affective labor (werk gericht op affectie). Dit is arbeid die een immaterieel, niet-tastbaar product maakt, gericht op een bepaald gevoel van tevredenheid, geluk of passie. Voorbeelden hiervan zijn de meeste
kerstreclames op televisie, de voorstelling van een toneelgroep of een aflevering van je favoriete Netflix-serie.
Deze verandering van materieel naar immaterieel product zorgt er volgens Hardt en Negri voor dat de tijd die we voor het werk nodig hebben minder meetbaar is. Met als gevolg dat we arbeid niet meer duidelijk kunnen waarderen op basis van de hoeveelheid gespendeerde tijd. Als een boer in een kas tomaten verbouwt, is er enigszins consensus over hoeveel tijd dat kost. Maar wanneer een journalist een artikel schrijft over de klimaatcrisis, wordt dat al ingewikkelder. Want hoeveel moet de journalist lezen om volledig op de hoogte te zijn, hoeveel klimaatexperts zullen er worden geïnterviewd en hoeveel tijd kost het om een artikel te schrijven?
Door de loskoppeling van arbeid en tijd vervaagt de grens tussen ontspanning en werk. Wanneer ik een boek van Yuval Harari lees, kan dat enerzijds een rustmoment zijn omdat ik er plezier uit haal, anderzijds kan ik het boek gebruiken als bron voor een paper van mijn studie.
Toekomstige wetenschapper, ik merk dat de vervaging van de grens tussen vrije tijd en werk toeneemt en dat is voor mij een probleem. Constant ben ik in de buurt van mijn werk, ook al ben ik op afstand. Daarnaast kan haast elke vorm van ontspanning een manier van het uitbreiden van arbeid zijn, zoals bijvoorbeeld het lezen van een boek.
We willen steeds effectiever en meer werken, maar lijken te vergeten dat er alleen vooruitgang wordt geboekt als we regelmatig momenten van rust ervaren. Het is absoluut noodzakelijk dat we van deze belangrijke rustmomenten blijven genieten. Want juist rust en ontspanning zorgen voor frisse ideeën en hernieuwde energie. Zou jij erop willen toezien dat we hier aan toe blijven komen? Zak gerust een dagje onderuit op de bank: de creatieve gedachten zullen als vanzelf op komen borrelen.
Liefs, Max