Tekst /// Loïs Blank Beeld /// Mila Milošević
Ik ga een beeld schetsen, dat sommigen niet zullen herkennen. Toch ga ik het doen. De klepel zwaait van links naar rechts en er klinkt een traag tikkend geluid. Die klepel is onderdeel van een koekoeksklok, maar in plaats van een vogeltje dat naar buiten komt, kunnen schaapjes rond het uurwerk draaien. Eerst moet wel de zon onder gaan. Als de sterren omhoog zijn, bewegen de schaapjes rond en vervormt het repeterende tikgeluid naar een versie van ‘Slaap, kindje, slaap’.
Ja, lieve lezers, voor TikTok was er Tik Tak, en dat was zalig. Een kinderprogramma dat werd uitgezonden tussen 1981 en 2006. Ik ga nu klinken als een boomer, maar Tik Tak was echt veel leuker dan de latere kinderprogramma’s: het was simpel, liet de kijker genieten van eenvoud. De maker kwam op het idee nadat hij kinderen geboeid had zien kijken naar een lottotrekking. Als je Tik Tak hebt gezien, verbaast dat je waarschijnlijk niet. Tik Tak was de trage arthousefilm onder de kinderprogramma’s. De afleveringen bestonden uit diverse video’s die niets met elkaar te maken leken te hebben en waar ook bijzonder weinig in gebeurde. Verder werden die video’s direct achter elkaar geplakt – ‘geen overgang?’ hoor je de TikTokker denken.
Afijn, een van de terugkerende soorten video’s waren die van de bontgekleurde mozaïeken, waarin bewegende mandalas in- en uitvouwden en ronddraaiden, altijd onder het genot van hetzelfde minimalistische, maar oh zo kenmerkende deuntje. Ja, deze video’s zouden prima afgespeeld kunnen worden op feestjes van een bepaald kaliber in Amsterdam. Nu vraag je je wellicht af waar dit stuk over Tik Takmozaïeken en technofeestjesvisuals naartoe gaat: naar Escher.
Maurits Cornelis Escher (1898-1972) is waarschijnlijk een van de bekendste Nederlandse kunstenaars. Hij slaagde erin wiskundige principes in zijn houtgravures en lithografieën – steendrukken – te verwerken door met gezichtsbedrog en perspectief aan de haal te gaan. En die werken werden razend populair. Zo belandde Relativiteit (1953), de houtsnede met het trappenlabyrint, zowel op een LP cover van Pink Floyd als in het trappenhuis van Zweinstein, en lijkt de eeuwige trap uit Klimmen en dalen (1960) tot leven te komen in Inception (2010).
Net zo geboeid als ik vroeger Tik Tak keek, stond ik nu te staren naar in elkaar vloeiende grafische patroontjes
Op een regenachtige dag in Florence en bezocht ik de Eschertentoonstelling in Museo degli Innocenti. Dat idee hadden meer mensen, want het museum was ramvol. Zwemmend door de mensenmassa gingen mijn ogen langs de werken. Hoewel de bekendste werken van Escher waarschijnlijk degene zijn waarin oneindigheid een rol speelt waren het de werken waarop metamorfose te zien is waarbij ik mijn ogen voelde staren. De patronen van repeterende figuren deden me denken aan de Tik Takmozaïeken van vroeger. Net zo geboeid als ik vroeger Tik Tak keek, stond ik nu te staren naar in elkaar vloeiende grafische patroontjes. Metamorfose presenteerde zich aan mij als nostalgie.
De soepelheid waarmee Escher een vogel de gedaante van een vis kan geven, is er een waar de gemiddelde rups jaloers op is
Een metamorfose is een gedaantewisseling, maar bij Escher gaat het niet enkel om gedaanten, soms zijn het patronen van abstracte figuren die in elkaar overvloeien. Hij maakt hierbij gebruik van regelmatige vlakvulling, een volledig gevulde prent waarin gelijkvormige figuren in elkaar over lopen, zoals dambord- en honingraatmotieven. De inspiratie voor regelmatige vlakvulling haalde Escher uit de Islamitische kunst die hij zag in het Alhambra in Spanje. Een bekend werk met metamorfose van Escher is Dag en Nacht (1938) waarin een landschap overgaat van nacht naar dag, doordat in de lucht de patronen van witte en zwarte vogels – die tevens het landschap vormen – in elkaar overvloeien. Door te spelen met vlakvulling, vervlecht Escher figuren en vormen, en kan hij de ene wereld laten overgaan in een andere. Het magische aan het werk van Escher is dat de overgangen heel geleidelijk en soepel zijn. Door je ogen van links naar rechts over een werk te laten glijden, wisselen de gedaanten heen en weer. De soepelheid waarmee Escher een vogel de gedaante van een vis kan geven, is er een waar de gemiddelde rups jaloers op is.
Escher heeft ook drie werken volledig aan het concept van metamorfose gewijd: Metamorphose I, II en III, waarvan de volgende steeds een uitbreiding is van de vorige. Metamorphose I (1937) toont de gedaantewisseling van de Italiaanse stad Atrani via een aantal grafische patronen in een mannetje. Deze metamorfose combineert Escher dus nog niet met circulariteit, wat hij wel doet in het hierop volgende werk Metamorphose II (1939-1940).
Deze metamorfose hing in de tentoonstelling in Florence. Het is bijna vier meter lang en de wandeling van de ene naar de andere kant, neemt je mee langs diverse gedaantewisselingen. Het begint bij het woord ‘metamorphose’, maar ‘metamorphose’ verandert, kantelt negentig graden en vermenigvuldigt zich. Kruisend door de letter ‘O’ maakt het zichzelf tot zwart-witte ruiten, waarvan de randen later golven. Na de golven lopen reptielen in zeshoeken, die overgaan in bijen, vlinders en vissen. Nadat de vissen vleugels krijgen, vliegen ze over de Italiaanse stad Atrani, waarvan de toren op een schaakbord staat. Het bord vervalt in dezelfde zwart-witte ruit als eerder en mondt via het kruisen van de ‘O’ uit in ‘metamorphose’.
Metamorphose III (1967-1968) is de grotere versie van de vorige. Voor dit werk heeft Escher nog drie meter toegevoegd aan de lengte, wat een van zijn zoons beknopt samenvatte als ‘nieuwe metamorfoses toevoegen of tussenflansen’. Dit werk – en vele anderen – zijn permanent gehuisvest in Escher in Het Paleis in Den Haag. Dit jaar is er extra aandacht voor, omdat het 125 jaar na Eschers geboortejaar is. Mocht je dit werk willen bewonderen zonder zo ver uit de ring te gaan, kun je ook naar Schiphol. Daar hangt namelijk een overgeschilderde versie op linnen, die tussen 1969 en 2008 in het Hoofdpostkantoor in Den Haag hing. Zo heb je volgende keer dat je gedaante wisselt van duurzame klimaatrakker naar ‘toch wel veel sneller, dat vliegen’ in ieder geval kunst om naar te kijken.