In de armen van Morpheus 

Tekst /// Jens van der Weide Beeld /// Winonah van den Bosch

De Nederlandse taal barst van de mooie, vreemde, bijzondere en wanstaltige woorden en uitdrukkingen. Elke maand pluist Babel er een uit. Deze maand staat in het teken van ‘Metamorfose’, dus een klein talig uitstapje naar de dichter Ovidius kan natuurlijk niet uitblijven. 

Het enorme dichtwerk genaamd Metamorfosen (8 v.Chr.) van Publius Ovidius Naso (43 v.Chr. – 18 n.Chr.), is een belangrijk werk in de Latijnse literatuur. Het brak met gewoontes en valt tot op de dag van vandaag moeilijk te vatten in een genre. Hoewel epos de meest gebruikelijke term is overstijgt het dit genre door zijn lengte en inhoud. Het omvat 250 mythen in vijftien boeken. Ovidius vertelt een ambitieus verhaal dat reikt van het ontstaan van de wereld tot aan de Romeinse keizers van zijn tijd. De mythen, waarin Romeinse goden vaak de hoofdrol spelen, zijn allemaal verbonden met het thema van gedaanteverwisseling. 

Het is een klein stukje als je kijkt naar de grootte van het dichtwerk, maar in boek 11 staat een verhaal over het ‘land der dromen’. Bij de rivier de Lethe bevindt zich een grot gehuld in een deken van papaverbloemen. Dit is het huis van Somnus, de god van de slaap, en zijn zonen. Eerder in Metamorfosen bleek dat de hoogmoedige Ceyx is gedood door de rancuneuze Zeus. Iemand moest Alcyone, de vrouw van Ceyx, laten weten dat haar man is overleden op zee. De godin Iris klopt bij Somnus aan om om hulp te vragen. Somnus, te lui en te moe, heeft keuze uit zijn duizend zonen om de dromen van Alcyone te bezoeken en haar het slechte nieuws te brengen. Phobetor kan zich transformeren in dieren en Phantasos weet zich om te toveren tot stenen, water en bomen. Wat Somnus echter nodig heeft is iemand die zich kan veranderen in Ceyx zelf. Hij wijst Morpheus aan alvorens hij weer terugvalt in een diepe slaap. ‘Geen ander als hij was bekwaam om van wien men hem aanwees, gang na te bootsen, gelaat en geluid en de wijze van spreken’ (1923 vert. H.J. Scheuer), luidt een vertaald citaat.

Morpheus ontdoet zichzelf van zijn vleugels en hult zich in de gedaante van Ceyx, doodsbleek en met een baard nat van het zeewater. Als Alcyone slaapt, brengt Morpheus haar een bezoek. Van Ceyx zelf moet ze horen dat hij is overleden op zee en dat hij is afgedaald naar Tartarus, de onderwereld. Alcyone wil niet dat Morpheus weggaat, want dan verdwijnt haar Ceyx voorgoed. Morpheus’ taak zit er echter op en hij verdwijnt. Alcyone schrikt wakker. De ontroostbare Alcyone ziet geen leven zonder haar Ceyx en geeft zichzelf ook aan de zee. Het verhaal gaat dat de goden Ceyx en Alcyone uit compassie hebben veranderd in twee ijsvogels. Halcyon en Ceyx zijn in de biologie twee geslachten van de ijsvogel zoals wij die kennen. 

Vanwaar dit treurige verhaal? Ovidius’ personage, Morpheus, komt namelijk ook voor in een relatief onbekende maar toch heel mooie uitdrukking in de Nederlandse taal: ‘In Morpheus’ armen liggen’. Dit betekent iets als ‘in diepe slaap zijn’. Als je tijdens het slapen droomt over een bekend persoon dan kan het zomaar zijn dat de bedrieglijke Morpheus je een bezoekje brengt. Als zijn taak er weer op zit laat hij je beduusd achter, met een gevoel van: ‘jeetje, die droom voelde echt’.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s