Hulde voor de vader van het vaasje

Premier Rutte transformeerde door de coronacrisis van joviale en lachende optimist-tot-in de-kist naar een zakelijke, sobere en serieuze leider. Met de verbindende woorden ‘samen komen we deze moeilijke periode te boven’ sloot hij als de vader van zijn eigen metaforische ‘vaasje’ zijn crisis speech af. Petje af voor de politieke crisis-chef Rutte.  

Het is een wereld van verschil: Ruttes eerste persconferentie, waar het nogal onhandige handen schudden met RIVM-baas Jaap van Dissel tekenend was voor zijn nuchtere en achteraf lichtelijk onverschillige houding, en de daadkrachtige en strijdbare toon in zijn speech een week later. Na deze speech, waarmee hij zich rechtstreeks tot het volk richtte, steeg het algemene vertrouwen in de premier tot een record van zo’n 70 procent van de kiezers, zo blijkt uit onderzoek van EenVandaag.

Dit terwijl het nog niet eens zo lang geleden is dat Ruttes positie enigszins wankelde naar aanleiding van de politieke rompslomp rondom de beruchte dividendbelasting en de multinational-dealtjes. Ook in het daaropvolgende jaar ging het Rutte en zijn kabinet niet bepaald voor de wind, met stakende leraren, boze boeren en een klimaat- en stikstofcrisis. Niet te vergeten de aanhoudende schandalen, met als hoogtepunt het vertrek van de achter-het-stuur-drinkende minister en huisjesmelker Van Haga, waardoor Ruttes partij de meerderheid in de Kamer verloor.

De kaarten op tafel

Voor de uitbraak van het virus fluctueerde het vertrouwen van de kiezer in de minister-president tussen de 25 en 45 procent. Achteraf gezien dus niet eens zo gek dat Thierry Baudet tijdens een debat vorig jaar Ruttes imago vergeleek met een bakpan, waarvan de teflonlaag te veel krassen bevatte en dus vervangen zou moeten worden om ‘giftige stoffen’ te voorkomen. Rutte vond echter voor alles een uitweg en bleef onverstoorbaar, op z’n Ruttiaans, meebewegen met de politiek. Tot de coronacrisis zijn werk overnam en improvisatie een vereiste werd. Het werd een gigantische uitdaging voor de altijd gemoedelijk kabbelende beek genaamd Mark Rutte, maar ondanks de grote tijdsdruk, onzekerheid en stress, slaagde hij er met zijn crisisteam relatief snel in helder afgebakende maatregelen te presenteren en door te voeren. 

Naast het gegeven dat democratische samenlevingen in crisistijden een grote spiegel wordt voorgehouden  – waardoor we ons weer even realiseren dat we best een verwend volkje zijn in een goed geregeld land – en dat dokters, wetenschappers en leraren simpelweg onmisbaar zijn, worden de aanvoerders van democratieën flink op de proef gesteld. Paul ’t Hart en Karen Tindall, twee crisiscommunicatie-experts, beschrijven in hun onderzoek naar de financiële crisis negen sleuteluitdagingen voor politieke leiders. Zo zijn het terugschakelen naar de ‘business-as-usual modus’, het erkennen van nog te leren lessen en het herdenken van slachtoffers belangrijke en moeilijk te nemen stappen na een crisis.

Ten tijde van een crisis zijn met name ‘sense-making’, ‘meaning-making’ en ‘decision-making’ voor een regeringsleider van ongekend belang, beschrijven de twee wetenschappers. Sense-making, het correct onder woorden brengen van de snel veranderende situatie, deed Rutte bij de allereerste, ietwat stuntelige persconferentie, waarin hij vertelde dat het land nu in de ‘indamfase’ zit, maar dat dit snel kon veranderen. Vervolgens gaf hij aan, wat hij keer op keer bleef doen, dat het virus bestreden moet worden met z’n 17 miljoenen. Op het punt van ‘meaning-making’, het voorzien van heldere en eenduidige publieksvoorlichting, scoorde Rutte en zijn kabinet met name in de beginweken van de crisis beduidend minder. Naast dat er bij elke persconferentie andere ministers aan het woord kwamen, deed de RIVM-baas uitspraken in de trant van ‘red het bedrijf Nederland’ terwijl Rutte continu benadrukte dat de volksgezondheid de hoogste prioriteit had. Het schortte tijdens de eerste paar persconferenties aan wat concrete toelichting. Want waarom gingen die scholen nou niet eerder dicht? Hamsteren is blijkbaar niet nodig, maar waarom legt de premier dit niet uit? Waarom neemt Duitsland, met relatief gezien minder besmettingen en doden, hardere maatregelen? En overleeft het virus nu wel of niet op oppervlaktes? 

Vragen waar de premier lang weinig betekenisvol antwoord op kon geven. Echter, Rutte gaf herhaaldelijk aan ‘met vijftig procent van de kennis honderd procent van de besluiten te moeten nemen’ en was daarmee eerlijk over zijn nog onvolmaakte beleid. Daarnaast bleef hij zijn kaarten op tafel leggen en schuwde de confronterende realiteit niet toen

hij in zijn speech verkondigde dat een groot deel van de bevolking met het virus besmet zal raken. 

Hart onder ieders riem

Tegelijkertijd toonde Rutte zijn medeleven en respect. Medeleven met de slachtoffers en de rouwende families, maar ook met door het virus lijdende ondernemers: ‘de mevrouw van het koffietentje op de hoek, de bloemenkweker, de ZZP’er en nationale iconen als KLM.’ Respect en dankbaarheid voor iedereen die ‘op zijn post blijft’, van schoonmakers en supermarktpersoneel tot artsen en verpleegkundigen. Typisch Rutte om ook de ‘gewone Nederlander’ een hart onder de riem te steken. Het waren deze eerlijke, empathische en dankbare woorden tijdens zijn speech, samen met zijn helder en rustig uitgelegde schets van de mogelijke scenario’s, wat van mij een apetrotse Nederlander maakte. 

Ruttes hier en daar gek gekozen woordgebruik in de daaropvolgende persconferentie – want waar zijn we precies als we over de start zijn, maar nog niet aan het einde van het begin? en in hoeverre is het handig om ‘groepsimmuniteit’ als een soort hoofddoel te presenteren? – is snel vergeven wanneer we naar andere, mindere fraaie staatshoofden kijken. Neem Amerika’s grootste, blonde schreeuwlelijk, die het virus aanvankelijk afdeed als ‘hoax’ om een paar weken later met een zogenaamd malariawondermiddel niet alleen de gehele wetenschap ondermijnde maar ook het gehele Amerikaanse volk valse hoop gaf. Of Bolsonaro in Brazilië, die, hoewel hij inmiddels tot actie is overgegaan, het virus eind maart nog als ‘gewoon griepje’ bestempelde. Een van de gevolgen hiervan was dat nota bene Braziliaanse drugskartels met hun machinegeweren de door het volk zelf tot stand gebrachte quarantainemaatregelen gingen handhaven, zo bleek uit een artikel van The Guardian. 

Nog een verschil ten opzichte van andere regeringsleiders: Rutte vermijdt oorlogsretoriek. Waar in veel West Europese landen, zoals Frankrijk, Engeland en de Verenigde Staten, rijkelijk gestrooid wordt met leuzen als ‘the war on corona’ of ‘stay home and save lives’, kozen Rutte en zijn kabinet voor het meer bescheiden adagium ‘alleen samen krijgen we corona onder controle.’ Niet alleen een stilistisch goed gekozen zin door de mooie tegenstelling, maar ook een duidelijke en krachtige uitspraak die verbinding uitstraalt en de burger moed geeft. We moeten het virus niet ploeterend zien te ‘overwinnen’, ‘vellen’, of ‘verslaan’, maar het op een kalme manier beteugelen en beheersbaar maken. Ook de ‘intelligente lockdown’ wat enerzijds het aanzien van de regering onderschrijft en anderzijds de gehele bevolking complimenteert, geeft blijk van vakkundige communicatie van Rutte en zijn team. 

Tijdens de eerste paar persconferenties en tijdens Ruttes plechtige speech voelde ik me eventjes kind van een zorgzame premier. Een leider met pit die zegt: ‘luister jongens, zo gaan we het doen en dan komt het goed.’ Een vaderlijke premier die een ‘beschermende muur’ bouwt om zijn eigen ‘breekbare vaasje’ gevuld met 17 miljoen Hollandse tulpen. Ik prijs mij gezegend met zo’n premier. Dank Rutte, ook tegen u wil ik zeggen: ‘houd vol. Ik reken op u.’

Tekst: Freek Haye // Beeld: Katja Schraag

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s