God is dood?

Tekst door Phoebe Meekel, beeld door Lesine Möricke

Als baby ben ik gedoopt en toen ik acht was begon ik aan de eerste communie. Ik besloot om elke zondag met mama de ochtenddienst in de kerk bij te wonen, maar toen bleek dat de pastoor mij niet meer herkende van de communie. Dat verscheurde mijn hart en daarom besloot ik niet meer te geloven in God. Nu vraag ik me af: hoe had mijn leven eruit gezien als ik nog wel geloofde?

Ik heb soms, net als iedereen, periodes waarin ik mij wat minder voel en nu al helemaal, aangezien de winterdip er is. Hierin ben ik pessimistisch, omdat het dan voelt alsof het leven zinloos is. Want wat hebben je handelingen voor zin als je uiteindelijk toch in de grond belandt? Op de faculteit wijsbegeerte heb ik iemand gesproken die gelooft in God, en dat verbaasde mij enigszins, aangezien ik geen leeftijdsgenoten in mijn directe omgeving heb die religieus zijn. Maar na deze ontmoeting herinnerde ik mij de periode waarin ik iedere avond bad voor het slapengaan. Ik besefte ineens dat ik waarschijnlijk heel anders in het leven had gestaan als ik nog wél geloofde. 

De bekende uitspraak ‘God is dood’ die vooral geassocieerd wordt met de filosoof Friedrich Nietzsche, galmt nu door mijn hoofd. Alle fenomenen worden tegenwoordig verklaard door de wetenschap en technologie, waardoor de geloofwaardigheid van een God verdwijnt. Dat is te merken: wanneer ik naar een kerkdienst ga (en dit gebeurt zo goed als nooit) om mama te bewonderen in het koor waarin zij zingt, voelen de eikenhouten kerkbanken akelig leeg. 

En dat is jammer. Hoewel het zo is dat bijna alles om ons heen verklaard kan worden door de wetenschap, is er een groot vraagteken bij de kwestie of moraliteit werkelijk bestaat. Wie bepaalt immers wat goed of slecht is? Wanneer je je goed gedraagt op aarde zul je volgens het christendom in het hiernamaals toegang hebben tot de hemel, en wie een slecht leven heeft geleid zal gedoemd zijn om naar de hel te gaan. Hierdoor hebben mensen een reden om zich moreel juist te gedragen. Zonder geloof, zijn we als kippen zonder kop.

Maar is dat echt zo? Vrienden om mij heen geloven namelijk niet in een God, en ik durf met zekerheid te zeggen dat zij wel degelijk beschikken over een moreel kompas. De een zal zich goed gedragen tegenover anderen onder de stelregel ‘wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet gij dat ook een ander niet’ en de ander omdat dit simpelweg goed voelt.

Ik zat te denken: wellicht zou geloven in een God mij in de periodes dat ik me terneergeslagen voel kunnen helpen. Wanneer ik merk dat er pessimistische gedachten opkomen, kan ik mezelf namelijk vertellen dat mijn leven niet zinloos is: ‘Je wilt niet in de hel komen, maar in de hemel!’. Het ‘zware’ leven hier is dan een soort pad naar het vredige leven daarboven. Hierdoor geloof ik ook dat alles hier op aarde een reden heeft – want zo heeft God het gewild. Maar toch zou dit voelen alsof ik mezelf voor de gek hou. Want hoe kan ik dan verklaren dat er zoveel ziektes, oorlogen en onrechtvaardigheden in de wereld bestaan? Heeft God dat zo gewild? Of belanden al deze oorlogvoerende mensen en factoren die kanker veroorzaken in de hel? Dat lijkt mij onwaarschijnlijk. Daarbij zou ik waarschijnlijk nog meer piekeren dan ik nu al doe, want bij elke handeling kan ik mijzelf de vraag stellen of die goedgekeurd zou worden door God.

Maar er is niet één juiste manier om je geloof vorm te geven. Zo vertelde de jongen van de eerder genoemde ontmoeting mij, dat hij denkt dat er andere levensovertuigingen zijn die evenveel autoriteit kunnen hebben als het gaat om zingeving. Je moet ze alleen eerst geloven. Je gelooft een overtuiging en dat maakt het waarheid voor je. En vanuit die waarheid kun je zin vinden. ‘Is dat logisch?’

Ja, dat is logisch. Sterker nog, met het voorbeeld over mijn vrienden zag ik over het hoofd dat ik dit al impliceerde. Volgens mij leef ik al volgens een bepaalde overtuiging wanneer ik niet in een dip zit, maar vergeet ik deze wanneer de wereld om mij heen weer grauw wordt. Het is echter moeilijk en misschien zelfs onmogelijk om te weten wat deze overtuiging is. Feit voor mij is dat er geen hiernamaals bestaat. Dat is echter geen reden om negatief in het leven te staan! Ik heb de middelen om er het beste van te maken, dus laat ik hier ook gebruik van maken, zodat ik in tijden van winterdips weer iets optimistischer ben. Laat dit een begin zijn van de zoektocht naar mijn waarheid.

Een gedachte

  1. Vind de conclusie mager, dus dat je gelooft dat er geen hiernamaals bestaat, maar dat geen reden om negatief in het leven te staan, maar wat is dan wel de reden om positief in het leven te staan? Omdat je de middelen hebt om het beste er van te maken? En de mensen die dat niet hebben kunnen dan niet positief in het leven staan?

    Ook jammer dat je niet de quote van Nietzsche hebt ontleedt en niet zijn betekenis erachter hebt uitgelegd/vermeld zeker jammer aangezien de titel zijn quote is, dus dan zou je denken dat het daarover gaat.

    Toen ik deze tekst las, voelde het meed alsof ik een blog las dan een column. je stelt veel vragen maar antwoord krijgen we niet op die vragen. Dus na het lezen ben ik even wijzer dan toen ik de tekst las.

    Voor de rest hoop dat je hier aan iets hebt en blijf geïnteresseerd in wat je nog meer te brengen hebt.

    -S

    Like

Plaats een reactie