In aanloop naar de verkiezingen is het van belang om eens een kritische blik te werpen op het stemgedrag van de Nederlandse burger. Dit is niet enkel nodig vanwege de opvallende verschuivingen in het stemgedrag naar het rechtse of neoliberale gedachtegoed, maar ook omdat het stemgedrag niet altijd de veranderingen waaraan we gedurende het afgelopen decennium onderhevig zijn geweest lijkt te reflecteren.
Tekst: Robin Phoelich /// Beeld: Bob Foulidis
Veranderingen op maatschappelijk en politiek vlak zijn zichtbaar in vele soorten en maten; de afbraak van de verzorgingsstaat, de toename van daklozen, de snel toenemende urgentie om de klimaatproblematiek aan te pakken, en uiteraard het stuntelige coronabeleid. De meest bizarre gebeurtenis binnen de politiek van de afgelopen tijd is toch wel de toeslagenaffaire, die terecht heeft geleid tot het aftreden van Kabinet-Rutte III. De toeslagenaffaire is echter slechts het topje van de ijsberg van de reeds gepasseerde schandalen en incidenten van corruptie en incompetentie. De bonnetjesaffaire, de bruiloft van Grapperhaus, en de steun aan de rebellen in Syrië waar vervolgens doelbewust, door Mark Rutte persoonlijk, onderzoek over is tegengehouden; en dit is slechts een greep uit de politieke schandalen van ons demissionaire kabinet.
Status quo
Desondanks is de kiezer de afgelopen tien jaar onaangedaan gebleven. De VVD heeft nu zelfs meer zetels in de peilingen dan in de huidige Tweede Kamer. Het politieke monopolie dat de VVD en de CDA samen lijken te hebben blijft min of meer onaangetast. Hoe dit kan, is uitgebreid beschreven en onderzocht. Zo werpt De Groene Amsterdammer in een politieke analyse, opgenomen in hun laatste editie, het idee op dat de VVD-kiezer simpelweg niet idealistisch is in tegenstelling tot de PVDA-kiezer. Dit kan verklaren waarom vooral de PVDA genadeloos door de kiezer is gedisciplineerd, na diens participatie aan Rutte II. De vele incompetenties getoond door Kabinetten Rutte II en III en de VVD worden collectief weggelachen met humoristische uitingen zoals de website ‘isereenvvderopgestapt.nl.’ Maar eigenlijk is het allesbehalve grappig, en zouden we dergelijke incompetenties als burgers onder geen enkel beding mogen tolereren.
Maar eigenlijk is het allesbehalve grappig, en zouden we dergelijke incompetenties als burgers onder geen enkel beding mogen tolereren
De coronapandemie heeft vele zwaktes van Nederland blootgelegd, en zo ook de zwaktes van deze regering. Het vergroot als het ware alles dat is misgegaan in Nederland in de afgelopen tien jaar. Neem het feit dat ons zorgstelsel het realistische risico loopt de COVID-crisis niet aan te kunnen. Dat is vanwege de grote afbraak van de zorg die in de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden. De kiezer blijft desondanks nog steeds onaangedaan of simpelweg onbewust. Hoewel we de uitkomst van de aankomende verkiezingen niet met volledige zekerheid kunnen vaststellen, wijzen alle peilingen erop dat de VVD opnieuw de grootste partij zal worden. De peilingen tonen dat de VVD in zetels is gestegen na het aftreden van het kabinet. Een stijging van zetelaantal in de peilingen was ook zichtbaar na de avondklokrellen, en dat terwijl Mark Rutte na afloop van deze rellen aankondigde niet geïnteresseerd te zijn in de ‘diepere sociologische oorzaken.’ Met andere woorden, elke misstap of populistische opmerking lijkt beloont te worden met meer zetels.
Ook hier wordt wederom het gestuntel van het kabinet zichtbaar. Immers, wanneer men wél kijkt naar sociologische oorzaken wordt duidelijk dat de weerstand tegen de avondklok door het kabinet is onderschat, en dat de maatregel te snel is ingevoerd zonder afdoende concreet bewijs voor de effectiviteit ervan. Het resultaat van generalisaties zonder sociologische reflectie is nu ook dat er gesproken wordt van ‘rellen’ op het Museumplein, maar ik zag geen rellen op het Museumplein. Ik zag een vreedzaam protesterende menigte die uit elkaar werd gedreven door politie te paard en waterkanonnen. Ook dit zouden we als burgers niet mogen tolereren.
Sociaal contract
Enfin, het heeft weinig zin om langer tegen onze demissionaire regering te schoppen, zowel letterlijk als figuurlijk, in de situatie waar we ons als volk in bevinden. Voor mij en met mij vele anderen is duidelijk dat onze regering heeft gefaald, maar wij als volk hebben net zo goed gefaald. Het volk faciliteert het gemak waarmee Rutte door zijn regeringsperiodes heen fietst. We kunnen ons ook niet verblijden met het feit dat dit specifieke kabinet is opgestapt, want het is nu juist eens tijd om Mark Rutte verantwoordelijk te stellen voor het falen in zijn taken als minister-president, vooral wanneer het gaat over het reilen en zeilen binnen zijn kabinetten en onder zijn ministers. Mark Rutte lijkt als het ware de Mark Zuckerberg van de Nederlandse politiek te zijn geworden; het concept van verantwoordelijkheid lijkt hem volledig vreemd.
Het volk faciliteert het gemak waarmee Rutte door zijn regeringsperiodes heen fietst
Ik vraag mezelf hierdoor af hoe het ervoor staat met het (impliciete) sociale contract in Nederland. Dit sociale contract is geen werkelijk fysiek contract en is dan ook geen term die tegenwoordig nog vaak gebruikt wordt om onze samenleving of relatie tussen burger en staat te beschrijven. Het contractarianisme is ontstaan als een politieke theorie, maar is later ook een ethische theorie geworden. Het idee van contractarianisme is terug te brengen naar Plato’s Republic. Het globale idee erachter is dat er wetten en voorwaarden bestaan die vrije, gelijke en rationele mensen accepteren als basis voor het samenleven. Bepaalde acties zijn moreel omdat ze toegestaan zijn via regels die geaccepteerd zijn door deze vrije, rationele en gelijke mens, op voorwaarde dat anderen ze ook naleven. Met andere woorden, ik steel niet van jou zodat en zolang jij niet van mij steelt. In dit geval houdt de burger zich aan de wetten omdat en zolang de overheid handelt naar het welzijn van alle burgers. We zouden de rationaliteit bezitten om onze zelf-interesses hiervoor opzij te zetten.
Dit contract geldt enkel wanneer de wetten ook werkelijk juist zijn en ten gunste komen van het daadwerkelijke samenleven. Als de ideale sociale code veel verschilt van de werkelijke wetten, is het breken van wetten onder bepaalde omstandigheden moreel acceptabel. De overheid houdt zich immers niet aan het sociale contract. Om het klassieke voorbeeld van John Locke naar voren te halen; wanneer de overheid eigendom van de burger steelt, mag er gerebelleerd worden tegen deze overheid. Onze overheid heeft als het ware gestolen van haar burgers door hen onterecht te bestempelen als fraudeurs. Voor de duidelijkheid, in dit geval wordt met rebelleren niet bedoeld rellen, en zelfs niet noodzakelijk protesteren, maar simpelweg stemmen. Wanneer het volk een corrupte regering blijft verkiezen, houden ook zij zich niet aan het sociale contract. Het sociale contract brengt rechten en plichten mee voor zowel burger als staat. De burger heeft het recht – of dus zelfs de plicht – om een nieuwe overheid te kiezen wanneer de huidige niet voldoet aan haar plichten. Het sociale contract is dus niet onvoorwaardelijk, maar Rutte lijkt nu al tien jaar onvoorwaardelijk te regeren.
Het sociale contract is dus niet onvoorwaardelijk, maar Rutte lijkt nu al tien jaar onvoorwaardelijk te regeren
Controlerende functie
Maar ook de Tweede Kamer kan beschuldigd worden van het verzaken van hun plichten. Onze volksvertegenwoordiging heeft de afgelopen jaren weinig daadkracht getoond. Zij werken samen met het kabinet, in plaats van het daadwerkelijk voeren van oppositie tegen het kabinet. Het is een triest gegeven dat al langer in mijn hoofd speelt, dat onlangs ook verwoord werd in een column van Sander Schimmelpenninck. Hij wees erop dat het soms lijkt alsof een populistisch figuur zoals Wilders het volk beter vertegenwoordigt dan de gevestigde politieke partijen – met een nadruk op ‘lijkt’ uiteraard. Het gebrek aan daadkracht van de Tweede kamers is, tevens door de coronacrisis, pijnlijk zichtbaar geworden. De coronaspoedwet is zonder weerstand door de Kamer heen gekomen. De avondklok is ingevoerd met aanvankelijke weerstand, maar na een hele dag debatteren heeft de kamer niet meer gedaan gekregen dan een extra halfuurtje vrijheid voor de burger. In deze hoedanigheid is het wel relevant om óók te benoemen dat het op de linkerflank eveneens een hopeloos zooitje is. Het controleren van dit kabinet is zowel voor de volksvertegenwoordiging als voor de media moeilijker geworden. De Rutte-doctrine die deze controlerende functie vermoeilijkt is ondemocratisch; het druist in tegen alles dat wij als samenleving waarderen. Wanneer de Tweede Kamer niet afdoende op de hoogte wordt gesteld van gebeurtenissen binnen het kabinet, of journalisten moeite hebben met het verkrijgen van WOB-verzoeken, functioneert onze democratische rechtstaat niet langer zoals het hoort.
De Rutte-doctrine die deze controlerende functie vermoeilijkt is ondemocratisch; het druist in tegen alles dat wij als samenleving waarderen
Stemgedrag
Persoonlijk ben ik altijd verbaasd geweest over het feit dat we in Nederland blij zijn met een stemopkomst van circa 50 procent bij de verkiezingen, terwijl dit betekent dat een groot deel van de Nederlandse bevolking hun stem niet laat horen. Is dat omdat ze zich hoe dan ook niet gehoord voelen? Dat is iets wat we als samenleving serieus zouden moeten nemen. Of komt het doordat ze te lui zijn? Dat zou eveneens serieus genomen moeten worden. Het zegt allemaal iets over de staat van het burgerschap in Nederland, en over de staat van het samenleven in ons land. De groep Nederlanders die wél stemmen lijkt onverhoopt telkens weer dezelfde min of meer statische uitslag te bewerkstelligen. Volgens de peilingen wordt onze overheid wederom niet op de vingers getikt. Maar ook opvallend is de tegenstrijdigheid in (linkse) behoeftes die het volk aangeeft, zoals minder marktwerking in de zorg, en het werkelijke stemgedrag. Mogelijk is dit te herleiden naar een gebrek aan besef bij de burgers waar partijen voor staan, omdat de werkelijke ideologie van een partij tegenwoordig te vaak verloren gaat onder populistische ontwikkelingen. Een ontwikkeling waar zowel links als rechts zich inmiddels schuldig aan lijkt te maken.
Zelfs het aftreden van het kabinet heeft de kiezer onaangedaan gelaten. Iets wat impliceert dat het samenleven, en het geven om je medemens, blijkbaar ook op een laag pitje staan. Immers, hoe laat het je als kiezer onverschillig dat je medeburger onterecht wordt bestempeld als fraudeur, en ook nog eens op klaarblijkelijk etnische gronden? Hoe laat het je als kiezer koud dat je medeburger het financieel steeds moeilijker krijgt, en zelfs moeite heeft met het verkrijgen van basale zorg. Of het feit dat er een toename zit in je medeburgers die op straat belanden en buiten de ‘participatiemaatschappij’ komen te staan, omdat ze niet kunnen participeren. Soms simpelweg door bijvoorbeeld een slecht woningbeleid. Misschien is het wel een soort ‘protestmoeheid,’ of zelfs ‘democratiemoeheid.’ Echter, het betaamt een democratie dat de status-quo onderhevig is aan verandering, vooral wanneer deze niet goed functioneert. Aangezien onze regering het sociale contract heeft verbroken, zou onze democratie niet goed functioneren wanneer de regerende partijen niet worden afgestraft in de komende verkiezingsuitslagen. Beste kiezer, denk hier alsjeblieft over na bij het uitbrengen van je stem. Neem je verantwoordelijkheid als burger en kijk verder dan de populistische uitingen van een charismatische lijsttrekker. Besef je, wanneer je bij de stembus staat, dat het implicaties heeft voor de Nederlandse democratie en rechtsstaat als Rutte doorfietst.