Struikelen over het toen en nu

Struikelen, uit dronkenschap, over je eigen woorden of over een uitstekende boomstronk. Bijna, maar net niet vallen, en vervolgens omkijken om te zien waar het haast mis ging – vaak door afgeleid zijn of simpelweg door onhandigheid. Hier wil ik het struikelen als ode voorstellen, door de met opzet geplaatste struikelstenen in Amsterdam in het licht te zetten. De Stolpersteine is een kunstfenomeen dat in de oude jodenbuurten van Amsterdam kan opdoemen, maar enkel herkenbaar wanneer je het weet.

Tekst: Sofia de Valk // Beeld: Anna Berkhout

Wanneer wij wandelen door de oudste buurten van het Amsterdamse centrum, schijnen tegenwoordig de verhipte koffietentjes, moderne musea, pak- en herenhuizen – maar met hyper gerenoveerde interieurs –, ons tegemoet. We zoeken vaak de oude charme en verhalen in de dakgevels en houten kruiskozijnen. Tijdens dit omhoog turen kan het echter gebeuren dat je plots struikelt over een uitstekend tegeltje. Je vangt je op, maar het moment dat je ietwat verstoord achteromkijkt, zie je dat je bijna funeste val bewust veroorzaakt is. De Stolperstein is een kubusvormige steen, gegraveerd met een naam, geboorte- en sterfdatum en de plaats waar de naam gestorven is (lees: vermoord). Het is een monumentaal tegeltje dat je ongevraagd kennis laat maken met een naam van tijden geleden. Soms liggen er twee à drie tegeltjes bij elkaar, altijd recht voor een huis, of een huis dat er ooit gestaan zou hebben. Het huis is waar gedeporteerden vóór het moment van uitroeiing door de nationaalsocialisten hebben gewoond.

Rond de zestiende eeuw vestigden sefardische Joden zich in de Nieuwmarkt-, Plantage- en Rivierenbuurt, als vluchtelingen vanuit het Iberisch Schiereiland (Portugal en Spanje), maar later ook om in de tolerantere samenleving weer hun eigen geloof te belijden en hun intellectuele voorsprong te delen. Als niet-toegestane leden van de gilden, richtten zij zich op handel, met doorgaans handelswaar, kennis en melancholische verhalen. Deze redelijk harmonische geschiedenis is nu enkel terug te zien in de enkele overgebleven synagogen, het Joods Historisch Museum en Diamantmuseum. Het Tip Top theater is verdwenen, de meeste winkels zijn afgebrand en gebouwen als de Hollandse Schouwburg geven slechts nog de donkere schaduw van de latere oorlogen weer. Slechts enkele Joden hebben de periode tussen 1933 en 1945 overleefd en de slachtoffers worden nu herdacht op dagen als 4 mei op de Dam, óf dus door een onverwachts struikelmoment over hun vroegere ‘huis-entree’. 

‘Iemand is pas echt vergeten, als zijn naam is vergeten’, luidt een Joods gezegde. Aan de hand van deze woorden sloeg een oude echtgenoot in Berlijn vlak na de Shoah, ofwel holocaust, een tegeltje voor zijn huis, als nagedachtenis aan zijn gedeporteerde vrouw. Zo zou haar naam niet in de vergetelheid raken, wanneer hij ook zou moeten sterven. Kunstenaar Gunter Demnig maakte van deze nagedachtenis een monumentaal concept. Sinds 1996 reist hij door heel Europa, om slachtoffers van het nationaalsocialisme die zijn gedeporteerd en omgekomen, een herdenking te geven. Demnig hoeft geen levens te redden, maar wil slechts uit respect voor het volk dat moest verdwijnen, de waarde van hun namen koesteren. Ik heb de man met de grote hoed vaker in Amsterdam gezien. Hij draagt een versleten rugzak en een haakse bijl, waarmee hij de zelfgeslepen tegeltjes in het vroegere trottoir van de verloren namen slaat. De handeling kan alleen door Demnig zelf worden gedaan; het behoeft een bepaalde ceremonie en respect, dat als één ritueel moet worden gezien. Wel kan iedereen een aanvraag doen en kan elk slachtoffer van het naziregime, zo door een klein struikelmoment herdacht worden.

Dus, wanneer je binnenkort door de Plantage Muidergracht loopt en bijna denkt te vallen over een verdomd slecht onderhouden stoep, kijk nog eens goed! Misschien was het een naam die om een korte herdenking vraagt. Een herdenking die verder gaat dan twee minuten stilte, maar doorsluimert en plotsklaps het toen en het nu over elkaar laat struikelen.

Mokum was in eerste instantie de jiddische bijnaam die de latere Asjkenazische Joden na de oorlog aan Amsterdam gaven. Nu nemen wij dit gemoedelijke woord nog altijd in de mond, voor de stad die gewoon ís en mag blijven worden genoemd.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s