Slavernij in de supermarkt

Het minutenlang turen naar de schappen met chocoladerepen is niet meer nodig. Want wat nou als ik jou vertel dat bijvoorbeeld aan de repen met de paarse koe slavernij te pas is gekomen? Dan is de keuze snel gemaakt, toch?

Tekst: Julianne van Pelt // Beeld: Dorota Dabrowska

Huh, slavernij, die is toch afgeschaft? Dat is tenminste wat ik dacht. Totdat ik de kleurrijke verpakking van Tony’s Chocolonely eens goed bestudeerde. ‘Wij streven naar slaafvrije chocolade’, schreeuwt het label. Hoe is het in een samenleving waarin we klimaatmarsen lopen, waar bewustzijn is gecreëerd rondom kinderarbeid in de kledingindustrie en we massaal geld aan goede doelen doneren, dan in vredesnaam mogelijk dat Tony’s-repen een uitzondering op de regel van cacaoslavernij blijken te zijn?

Na wat zoekwerk naar moderne slavernij, waaruit overigens blijkt dat er verrassend weinig over dit onderwerp te vinden is, wordt al snel duidelijk dat het een complexe situatie is. Daarnaast is slavernij een ontzettend gevoelig onderwerp en moet er dus ook ingeschat worden of dit begrip wel terecht wordt gebruikt in deze context. De Van Dale geeft twee definities van het woord slaaf: ‘1. Lijfeigene die geen persoonlijke rechten heeft 2. Iemand wiens vrijheden sterk beknot zijn.’

Dit bewustzijn over het begrip slavernij zou ook moeten toegepast worden bij het noemen van cijfers. Zo zouden er in totaal op de wereld nog 21 tot 70 miljoen slaven zijn. Een schrikbarend getal, waarbij men zich wel af moet vragen op welke betekenis van het begrip deze hoeveelheid gebaseerd is. Onder slaven worden namelijk volgens The Conversation ook mensen die uit gedwongen huwelijken komen, gerekend.

Uiteraard zijn we wel bekend met het slavernijverleden van Nederland. Ondanks dat rondom dit onderwerp nog veel taboes heersen, wordt dit verleden stukje bij beetje bespreekbaar gemaakt. Wel bestaat er vrijwel overal ter wereld de moraal dat slavernij onmenselijk is en niet meer in de moderne wereld thuishoort.

 

Boer, fabrikant of consument?
Schrijnend is dat er dus wel producten waar slavernij aan kleeft in onze supermarkt liggen. Het balletje omtrent cacaoslavernij is gaan rollen met de aflevering van Keuringsdienst van waarde in 2003, waarin journalist Teun van de Keuken zichzelf als chocoladecrimineel beschouwt wanneer hij tot de ontdekking van cacaoslavernij komt. In de aflevering gaat hij in gesprek met een journalist die getuige is geweest van slavernij op de cacaoplantages van Ivoorkust. Van de Keuken vraagt aan hem waarom hij de arbeiders en kinderen slaven noemt. Hierop luidt zijn antwoord dat voornamelijk de kinderen geld wordt beloofd, maar zij uiteindelijk nooit een cent ontvangen. Ook worden de kinderen geslagen en bedreigd. De aflevering toont beelden van hoe het er op de plantages aan toe gaat en hoe Van de Keuken meerdere bewijzen verzamelt rondom de slavernij. Dat er slavernij op de cacaoplantages plaatsvindt, is zeker.

Toch is het lastig om nu alle chocola producerende bedrijven te gaan beschuldigen van slavernij. Deze bedrijven halen hun cacaobonen binnen via verschillende plantages en deze worden allemaal op een grote hoop gegooid. Hierdoor verdwijnt het overzicht over welke bonen waar vandaan komen. Sommige boerderijen maken wel gebruik van slavernij en andere niet. De slaafvrije cacaobonen zijn hierdoor niet meer van de door slaven geproduceerde bonen te onderscheiden. Het gevolg hiervan is dat bedrijven niet direct verantwoordelijk gesteld kunnen worden. Zij bezitten immers niet de plantages. Ook zit er nog een aantal stappen tussen het oogsten van de bonen en de reep die uiteindelijk in de winkel ligt. Aangezien er verschillende tussenpersonen zijn en iedereen zijn handen er vanaf trekt, kan niemand op de vingers getikt worden.

Maar waarom, als cacaoslavernij een bekend fenomeen is, komt de consument niet in opstand? Het antwoord is volgens de aflevering van Keuringsdienst van waarde pijnlijk maar waar. De consument is lui en wil vooral niet nadenken over de producten die hij consumeert. Daarnaast is het voor de meeste mensen nu eenmaal ook een ver-van-mijn-bed-show. Bij het weg eten van een zak M&M’s zullen de cacaoboeren in Ghana en Ivoorkust niet het eerste zijn wat in het hoofd opkomt. Toch geeft een artikel op het online platform Follow The Money een harde conclusie: als consument zijn we medeverantwoordelijk voor slavernij en zullen daarom ons consumentengedrag aan moeten passen. In interviews stelden consumenten zelfs dat het in die landen onderdeel van de cultuur is en dat de mensen daar al heel blij zijn met een klein beetje geld.

 

Geheimzinnige industrie
De meeste gelezen artikelen en de aflevering van Keuringsdienst van waarde zijn van minimaal vijf jaar geleden. Is er in de tussentijd dan niets veranderd? Opvallend is dat het tegenwoordig rondom de berichtgeving van cacaoslavernij angstvallig stil blijft. Ook volgens Tony’s Chocolonely is de missie naar slaafvrije chocolade nog niet geslaagd. Het blijkt dat sinds de cacaoslavernij aan het licht is gekomen, de industrie het extra moeilijk maakt voor journalisten om hier meer informatie over te vinden. Zo wordt het hen vrijwel onmogelijk gemaakt om toegang te krijgen tot de boerderijen. Het gaat zelfs zo ver dat in 2010 autoriteiten in Ivoorkust drie journalisten hebben gearresteerd na het publiceren van een artikel over de corruptie binnen de cacao-industrie. Hierdoor wordt ook de consument uitgesloten van informatie en is zich hiermee misschien van geen kwaad bewust over de achtergrond van de producten. Zo zijn alle Fairtrade labels niet meteen garantie voor goede werkomstandigheden van de arbeiders. Alleen Max Havelaar-producten kunnen hier zekerheid over bieden.

Uiteraard zal chocolade niet het enige product zijn met twijfelachtige praktijken gedurende het productieproces. Ook rondom bijvoorbeeld bepaald fruit en koffiebonen bestaan geruchten, maar zijn er geen voldongen feiten bekend. Zolang bedrijven voor inkopen gaan die zo min mogelijk kosten en geen rekening houden met arbeidsomstandigheden, zal hier ook niet snel verandering in komen.

Op deze manier kan moderne slavernij blijven voortbestaan. De consument zou hiertegen in opstand kunnen komen door in de supermarkt andere keuzes te maken. Toch zal ook dit op korte termijn niet gebeuren. Zolang er geen algemeen bewustzijn wordt gecreëerd, worden de pratende chocopinda’s en paarse koeien nog in groten getale verkocht. Misschien zijn die minutenlang naar het schap turen in de supermarkt het waard om op zoek te gaan naar een Max Havelaar-sticker. Op die manier kan je genieten van een reep waar geen slavernij aan kleeft.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s