Basketbal, een ondergewaarde sport in dit verdomde voetballand, lijkt eindelijk aan belangstelling te winnen sinds de komst van de populaire Netflix documentaire over de carrière van Michael Jordan, The Last Dance. Ik groeide op als basketbal fanaat met het bewonderen van grootheden zoals Michael Jordan, Kobe Bryant en Lebron James. Hierbij draaide het natuurlijk in de eerste plaats om het basketbal zelf. Maar naast hun dunks, driepunters en andere spectaculaire sportprestaties, bleek mijn interesse bijna net zo veel uit te gaan naar de kledingstijl van de NBA-spelers, en dan met name hun kledingkeuzes wanneer zij het wedstrijdtoneel betreden.
Tekst /// Afra van Ooijen Beeld /// Imke Chatrou

Van kleins af aan ben ik een groot basketbal-fanaat. Alhoewel deze sport ondergewaardeerd is in dit verdomde voetballand, lijkt de belangstelling voor basketbal, mede dankzij de populaire Netflix-documentaire over de carrière van Michael Jordan, The Last Dance, toe te nemen. Terwijl ik opgroeide, bewonderde ik grootheden zoals Michael Jordan, Kobe Bryant en Lebron James. Hierbij draaide het natuurlijk in de eerste plaats om het basketbal zelf. Maar naast hun dunks, driepunters en andere spectaculaire sportprestaties, bleek mijn interesse bijna net zo veel uit te gaan naar de persoonlijke kledingstijl van de NBA-spelers, en dan met name hun kledingkeuzes wanneer zij het wedstrijdtoneel betraden. Wat zegt de manier waarop zij zichzelf willen presenteren over de tijdsgeest waarin we leven? De jaren 90 werden gedomineerd door gigantische op maat gemaakte pakken, terwijl de kledingstijl tijdens de 00’s meer gelijkenis toonde met de gemiddelde hiphop videoclip uit die tijd. Net als bij American Football het geval is, bleek de machtsrelatie tussen de grotendeels witte clubeigenaren en hun zwarte spelers vaak tot botsingen te leiden, die ook tot uiting kwamen in de mode. Deze modereportage zal daarom gaan over de evolutie van de persoonlijke kledingstijl in de NBA vanaf de maatpakken in de jaren 90, naar cornrows en bling in de 00’s, tot de high fashion statements van nu; want wie wil nou niet weten wat voor hoedjes en tasjes Lebron James dit seizoen zal dragen in de aanloop naar de finales?
Wie wil nou niet weten wat voor hoedjes en tasjes Lebron James dit seizoen zal dragen in de aanloop naar de finales?
Als we denken aan NBA in de jaren 90, denken we vooral aan het Chicago Bulls kampioensteam onder leiding van Michael Jordan. In die tijd werd er van NBA-spelers vooral verwacht dat zij de positie van rolmodel zouden vervullen, want door keihard te werken kon je ondanks je huidskleur en afkomst alles bereiken. Vooral zwarte NBA-spelers fungeerden zogezegd als een prototype dat de haalbaarheid van the American Dream voor zwarte Amerikanen bewees, maar natuurlijk alleen zolang zij binnen de lijntjes bleven kleuren. Bij deze opgelegde positie speelt de manier waarop de NBA-spelers zich presenteerden ook een rol. De spelers dienden zich te conformeren naar het heersende idee van een ‘succesvolle zakenman’ en dus in pak naar de wedstrijden te komen. Dit lijkt in eerste instantie misschien een overbodig kledingvoorschrift voor sporters, waardoor we ons kunnen afvragen of dat iets te maken zou hebben met de eerder genoemde haalbaarheid van the American Dream voor zwarte Amerikanen. Was de sport en entertainment sector de voornaamste plek waar hun succes werd geaccepteerd? Of is dit simpelweg een voorbeeld van de manier waarop clubeigenaren de spelers van hun club ook beginnen te zien als eigendom, waarover ze alles mogen bepalen. Hoe het ook zij, de superster van de jaren 90, Michael Jordan, blonk uit in deze op maat gemaakte pakken en kekke stropdasjes. Deze pakken waren echter niet op maat gemaakt zoals we ons dat zouden inbeelden, als een chic pak van een of andere Italiaanse designer die dat pak het lichaam omhult op de juiste plekken. Nee, deze op maat gemaakte pakken waren zo uitvergroot dat ze de gigantische gespierde lichamen van de gemiddeld twee meter lange reuzen zouden passen. Natuurlijk waren er ook toen al excentrieke persoonlijkheden, zoals Michael Jordan’s controversiële teamgenoot, Dennis Rodman. Rodman, die zelfs niet kwam opdagen voor de NBA finales in 1998 omdat hij in een ‘partybinge’ in Vegas verzeild was geraakt, Rodman schuwde niet weg voor een panterprintje of een naveltruitje en zocht zelfs de grenzen op van crossdressing. Hij was hierin een grote uitzondering ten opzichte van het gros van zijn collega’s, die de lijn van Michael Jordan volgden.
Door tegendraads te durven zijn, verlegde hij de grenzen voor andere spelers
Michael Jordan werd veel bekritiseerd vanwege zijn stilte omtrent structureel racisme in Amerika. Hij zou volgens critici meer geven om zijn imago en commerciële belangen bij merken als Nike dan om politieke idealen, waarvan zijn beroemde uitspraak “Republicans buy sneakers too” een uiting was. Het einde van zijn carrière rond de eeuwwisseling liep gelijk met de opkomst van de tegendraadse Allen Iverson. Waar Jordan werd gezien als het paradepaardje van de NBA, stond Iverson daar lijnrecht tegenover. Hij had in zijn jeugd vastgezeten, sprak met slang en schaamde zich niet voor waar hij vandaan kwam. Wat betreft zijn stijl betekende dit dat hij de eerste volledig getatoeëerde NBA-speler was, dat zijn off-courtgarderobe vooral bestond uit oversized T-shirts, jeans met lage kruizen en extravagante juwelen, alsook dat hij tijdens interviews het liefst zijn pet ophield. Zijn invloed op de basketbal cultuur valt niet te onderschatten. Hij wilde niet langer als een marionetpoppetje in maatpak de NBA-organisatie en clubeigenaren pleasen, maar in plaats daarvan uitdragen wie hij altijd was geweest en waar hij vandaan kwam. Door tegendraads te durven zijn, verlegde hij de grenzen voor andere spelers. Tegelijkertijd wordt hij ook gezien als degene die de basketbalcultuur met de hiphopcultuur verbond. Dit werd echter niet gewaardeerd van bovenaf. Zodoende stelde de NBA-organisatie als eerste grote sportorganisatie ooit in 2005 een dresscode in waarbij overtreders zwaar beboet zouden worden. Het werd verboden voor spelers om kettingen, durags, cornrows, spijkerbroeken en andere dingen die werden gezien als te ‘ghetto’en ‘thuggish’ te dragen naar wedstrijden en sportevenementen. In plaats daarvan werden ze weer verzocht de pakken te dragen.
When you look good, you feel good. When you feel good, you play good
Vanaf de jaren 10 wordt er langzaamaan afgestapt van het antiheldendom dat zegevierde in de 00’s. Door hun rebellie was er ruimte gemaakt voor een nieuwe generatie die de mogelijkheid had om verandering teweeg te brengen van binnenuit. De NBA-sterren van nu, zoals Dwyane Wade, Lebron James en Russell Westbrook, lijken weer een functie als ‘rolmodel’ te willen vervullen, maar ditmaal op hun manier, zonder hierbij hun eigen identiteit of stem te verliezen. De dresscode uit 2005 bleef gelden, maar werd minder streng nagevolgd omdat een subtiel kettinkje van Lebron James een andere boodschap zou uitdragen dan de gigantische bling-bling-kettingen van Iverson. Sinds corona en het opleven van de Black Lives Matter-beweging lijkt er ook officieel afgestapt te worden van de strikte kledingvoorschriften. Zo werd een Black Lives Matter-sweater van Dwayne Wade vorig seizoen geaccepteerd. In de mode betekent dit verder dat de spelers weer maatpakken dragen, maar dan vaak in kleur en met sneakers eronder. Er wordt daarnaast meer gespeeld met high fashion, gedurfde statements en accessoires. Waar in de 00s de nadruk lag op hypermasculiniteit van spelers, lijken spelers daar vandaag de dag meer vanaf te stappen. Zo worden ‘vrouwelijke’ kleuren zoals roze veel gedragen en zoeken spelers als Russell Westbrook zelfs weer het experiment op met crossdressing om zo weer terug te grijpen naar het fenomeen Dennis Rodman. Veel NBA spelers huren tegenwoordig bekende stylisten in en voor het eerst zien we spelers front row zitten bij de fashion week in Parijs. De NBA-speler, Chris Paul, stelde onlangs in een interview over mode: “When you look good you feel good. When you feel good you play good”. Het betreden van sportarena’s voor wedstrijden is sinds kort zelfs zo spraakmakend dat het de naam ‘tunnel walks’ heeft gekregen als knipoog naar de catwalk. Er wordt zelfs geklaagd dat sommige spelers meer bezig zijn met hun ‘pre-game fit’ dan met het basketbal zelf. Ik moet bekennen dat ik deze ontwikkeling honderd procent toejuich en verwacht dat er naast de competitie in het basketbal er een net zo intense wapenwedloop zal ontstaan op het terrein van mode. Ik hoop dat menig Babel-lezer inmiddels is aangewakkerd om mee te gaan in de gekte van de NBA-‘tunnel walks’ en natuurlijk om de sport te kijken, want daar gaat het ook nog steeds een klein beetje om!