Dikke doei!

De Nederlandse taal barst van mooie, vreemde, bijzondere en wanstaltige woorden en uitdrukkingen. Elke maand pluist Babel er een uit. Met het laatste nummer van dit jaar nemen we voor nu afscheid. Maar hoe doe je dat eigenlijk het beste?

Tekst/// Freek Haye   Beeld/// Winonah van den Bosch

Dit jaar werden de drie natte zoenen en de hartstochtelijke omhelzingen plots ingewisseld voor de ongemakkelijke elleboogstoot. Iets wat in 2006, door de Wereldgezondheidsorganisatie, tijdens de uitbraak van de varkensgriep, kennelijk al was geïntroduceerd, maar volgens mij onvoldoende uitvoerig is getoetst op handigheid en comfort. De gemiddelde menselijke arm is namelijk niet gemaakt voor deze vreemde beweging. Bovendien kost het precies aantikken van andermans elleboog gewoon teveel moeite en concentratie, en pakt het meestal uit in ietwat ongemakkelijk gelach. Daarom zijn velen overgestapt op afscheid nemen met enthousiaste zwaaigebaren of schattige hartjesvormpjes in de lucht, veelal in combinatie met een smakkende luchtkus. Een wellicht slijmeriger, maar in elk geval soepeler uit te voeren alternatief. 

Meer dan ooit verliep onze communicatie dit jaar digitaal, waarbij we de nodige uurtjes hebben af gezoomed, geappt en gemaild. Dat laatste deden we natuurlijk al geregeld, als we die ene docent vriendelijk, doch dringend moesten verzoeken om het cijfer eens aan te passen, maar nu we elkaar niet meer in de wandelgangen tegenkwamen, werd de mail nagenoeg de enige manier om je vragen te stellen. Hoewel het merendeel van de mailers het op safe spelen en kiezen voor een neutrale ‘met vriendelijke groet’ of simpelweg ‘groet’, bestaan er nog genoeg mensen die de ongemakkelijke grenzen van de mailafsluiting opzoeken. Hierbij spant de ‘warme groet’ de kroon. Het maakt niet uit van wie de mail komt; ik krijg er gewoon de rillingen van over m’n lijf en de inhoud van de mail valt geheel in het niet. Eigenlijk is elk bijvoeglijk naamwoord voor de ‘groet’ – afgezien van de ‘hartelijke’ die ik er zelf ook wel eens ingooi om na een formele mail aardiger over te komen – overbodig en vervelend. ‘Zonnige groet!’ op een bloedhete dag is gewoon frustrerend als je een hele dag loopt te blokken voor een tentamen en is mijns inziens alleen geoorloofd op ansichtkaarten afkomstig uit een zonovergoten mediterrane badplaats. En nee, een stom mailtje bestaande uit twee zinnen waarin je iedereen herinnert dat de deadline niet 15:00 uur maar 12:00 uur is, leuk je niet bepaald op met een ‘Grote groet’. Wat is sowieso een ‘Grote groet’? Een extra gemeende, ofzo? Maar goed, liever een extra opgedofte groet dan de afgekorte ‘Gr.’ Mij maak je niet wijs dat die drie extra toetsen indrukken ‘tijdsbesparing’ of ‘haastige spoed’ is. Als je naar me gr’t beantwoord ik bovendien je mail uit principe niet. 

Ook moet je als mailer oppassen met het uitroepteken. Dit leesteken lijkt de afgelopen jaar z’n opmars te hebben gemaakt en heeft – bij beperkt gebruik – veelal een enthousiast, motiverend en gezellig effect, maar het kan ook verkeerd uitpakken. De lezer kan zich, na een niet heel gezellig of vriendelijk mailtje, door een ‘Groet!’ bedreigd voelen. Alsof de afzender nog lang niet klaar is met deze persoon… Ook ‘fijne dag!’ komt vaak verkeerd over en is eigenlijk gewoon synoniem voor ‘hoepel op!’ 

Godzijdank gaan de universiteitsdeuren meer en meer open en kunnen we volgend jaar, wanneer we de vooruitzichten mogen geloven, iemand als vanouds vrolijk aan de mouw trekken voor een praatje of een dringende vraag. Om vervolgens, zonder nadenken of ongemakkelijke afstand, glimlachend en ongecompliceerd afscheid te nemen. Ik kijk er nu al naar uit!

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s