Een boswandeling over de Dam

Tekst door Job Korten

Rood voert de boventoon in Amsterdam. Roodbruine bakstenen, gebouwd door rode wethouders, met rood in de vlag en rood op het veld. Toch wordt ze ook veelal blauw, ofwel beschonken. Heineken en Amstel, kopstootjes in bruine kroegen en het corps en haar oneindige drang tot mensontering, gespeend op alcohol en machismo. Het ‘blauw zijn’ is een traditie waaraan velen meermaals per week bijdragen. Zo ook ik, met dit stukje.

Het bakstenen bos

Het zal je misschien verbazen, beste lezer, maar de stad stikt van onwaarschijnlijk natuurschoon. Zo zien de grachten er misschien bij de eerste oogopslag dood en haast radioactief uit, maar de gelukkige passant met microscoop zal ontdekken dat er een erudiet klein wereldje aan terreurbacillen bestaat, waartussen de Amsterdammer in de zomer kans ziet om te zwemmen. De ratten op station Sloterdijk beginnen medio december ongeveer de grootte van een recent, maar niet pasgeboren kind aan te nemen, en hun gevechten over het vuil van dat station doen niet af aan de leeuwen van de Serengeti. De Dam, met haar mismaakte oppervlak van scheef uitgehouwen kiezels, is op zichzelf een apexpredator van fietsen, enkels en andere mobiele factoren die niet tegen aardbevingen kunnen. Met de juiste blik kunnen we van de Dam een bakstenen bos maken, waar de natuur zich dagelijks in al haar ellende voltrekt. Door dit bakstenen bos zullen wij dan ook maar een boswandeling moeten maken, met de blik op half zeven. 

De Drie Fleschjes

De boswandeling in kwestie behelst een afstand van pak ‘m beet vierhonderd meter over de ruisende rimboe van de Dam. Startpunt: De Drie Fleschjes. Gelegen in de Gravenstraat, net achter de Nieuwe Kerk, is de Drie Fleschjes al sinds 1619 een plek waar de bezoeker zich rustig en met mate bezatten kan. Het is de enige plaats in Amsterdam met een authentiek drankorgel. Dat is een stellage waarin houten drankvaten op elkaar gestapeld zijn, en zou later een treffende koosnaam worden voor alcoholisten. Dit bouwsel bedekt bij binnenkomst de gehele wand aan je rechterhand, en de linker is weggelegd voor de bar. Hierachter is dan weer het grote aantal likeuren te zien dat hier wordt geschonken, en daarboven de oude flessen waarin dit in vergane eeuwen werd opgeslagen. De wc heb ik geheel aan me voorbij laten gaan bij mijn bezoeken, maar ik vermoed dat ook deze in de traditie treedt van oude bruine kroegen, waardoor het me best lijkt dat ik dat gelaten heb. 

Het enige authentieke drankorgel dat de bezoeker hier echter zal kunnen vinden is één van de regulieren die binnen aan de bar of buiten tegen de muur hun dagen slijten

Afijn, in dit zeer Harry Potter-esque proeflokaal zijn de vloeren totaal afgeschuurd, komt de bar slechts tot heuphoogte en draagt de kastelein braaf een schort en een das. De muren staan scheef op elkaar als de vouwranden van een mislukt werkje origami. Buiten zwerven wat katten rond, op zoek naar een verdwaald plakje ossenworst. De Drie Fleschjes zegt het oudste proeflokaal van Amsterdam te zijn. Nu is dat het geval voor veel dranklokalen in Amsterdam. De oud-eigenaar van de Druif zei ooit: ‘Ik beschouw mezelf als de oudste, daarna Karpershoek, en daarna [café] Chris. Maar weet je wat het is? Het interesseert geen reet, het is gewoon een leuk verhaal. Anderen zeggen weer dat het café Karpershoek is. In ieder geval is het erg oud. Dat zie je, dat ruik je, en dat proef je aan alles wat je er drinkt. Eén van de vele versnaperingen die men hier tot zich kan nemen is dan ook de titulaire ‘boswandeling’. Dit ter plekke geschonken drankje heeft een kruidige, bitterzoete smaak, en verleent de gelukkige drinker vooral een aangename interne warmte in deze koude maanden. Samengesteld uit enkele likeuren en wat bitter, hebben vele oude kroegen in Amsterdam hun eigen versie van het drankje. Vergelijkbaar met de Old Fashioned, maar dan Amsterdams. Na het eerste stapje gezet te hebben, kan je je laten vervoeren door de boswandeling, op weg naar onze volgende en laatste stop.

Wynand Fockink

400 meter oostwaarts, in de Pijlsteeg, kan je ongeveer dezelfde kroeg binnenlopen. Wynand Fockink is een proeflokaal annex distilleerderij die inmiddels is uitgegroeid tot een likeurmerk op zichzelf. Ook hier zijn de vloeren versleten, de muren scheef en de linkerwand geheel aan de bar overgelaten. Het enige authentieke drankorgel dat de bezoeker hier echter zal kunnen vinden is één van de regulieren die binnen aan de bar of buiten tegen de muur zijn dagen slijt. Op de gevel in de Pijlsteeg staat heel beleefd en in kalligrafie ‘Psst, Hier slaapt de Jenever’ genoteerd, zodat passanten onderweg naar Sigarenmagazijn Bom het goedje niet zullen wekken.

Wynand Fockink profiteerde van de toegenomen handel in kruiden, specerijen en suiker die de VOC met zich meebracht, en zette daarmee een grootmacht in de likeurhandel op die tot 1954 in handen van de familie Fockink wist te blijven, waarna deze het verkocht. Maar: niet getreurd. De website van het bedrijf omschrijft het team dat de tent runt als ‘a close-knit family of colleagues’. In wezen is er dus niet zo veel veranderd. Na de Fockink boswandeling te hebben gedronken, en te merken dat het drankje eigenlijk minder sterk is dan verwacht, kan de wandelaar zich omdraaien en nog één laatste drankje bestellen bij de Fleschjes. Zo kan hij met zekerheid zeggen wie hem lekkerder schenkt. Het is tenslotte overal nét een ander drankje.

De Boswandeling 

Een boswandelingetje kan eenieder wel eens gebruiken. Het is een kans om je hoofd even leeg te maken, focussen op wat er echt toe doet, en je één te voelen met de natuur. En ik kan het de lezer dan ook zeer aanraden om de wandeling eens te maken, liefst met een boswandeling op. Let wel: De proeflokalen zijn niet tot al te laat open. De Fleschjes sluiten om 20:30 de deuren, en Wynand Fockink om 21:00. Het is een kans om eens wat blauw te wezen in het nochtans zo rode Amsterdam, en wel op een route die waarschijnlijk al honderd keer bewandeld is. Een blauwe bedevaart in de voetsporen van vergane drinkebroers.

Plaats een reactie