Tekst door Sophie Meijer, beeld door Lesine Möricke
Het is zondagavond, 3 juli 2022. Met zweethanden en enigszins duizelig van de spanning zit ik achter mijn laptop. Ik sta op het punt om mijn bachelorscriptie in te leveren. De rode inleverknop kwelt mij al maanden, maar nu is het moment daar dat ik er ook echt op mag klikken. Zo, hatseflats, ingeleverd. Op hoop van zegen.
De euforie die ik voelde toen ik een week later te horen kreeg dat ik mijn bachelorscriptie had gehaald, was enorm! De gedachte dat ik vanaf nu achterover kon leunen en het feit dat ik de tientallen tabbladen die nog geopend waren in mijn browser – voor het geval dat ik moest herkansen – eindelijk weg mocht klikken, was als een koele duik op een hete zomerdag.
Het was een spannende periode geweest, want wat scripties betreft was ik een leek. Ik mocht gelukkig schrijven over een onderwerp dat ik zelf had gekozen; niet iedereen heeft die luxe helaas. Toen ik begon met schrijven, dacht ik dat ik de meest ellendige periode van mijn studentenleven tegemoet zou gaan. De horrorverhalen hadden mij geleerd dat ik mezelf de aankomende maanden moest opsluiten in mijn kamer of in de bibliotheek, dat het al mijn vrije tijd zou opslokken en dat ik zo nu en dan zou belanden in wat we een mental breakdown noemen.
Die voorspellingen kwamen deels uit. Ja, ik heb mezelf soms op moeten sluiten in mijn kamer, en ja, het nam veel van mijn vrije tijd in beslag, maar echt anders dan mijn huidige leven was het niet. De coronamaatregelen hadden toch al roet in het eten gegooid, dan kon ik mijn mental breakdowns die corona veroorzaakte net zo goed besteden aan iets waar ik nog wat van zou leren. Zo erg was het allemaal niet, gezien de toestand van de wereld op dat moment.
Echt klagen kon ik dus niet. Het gros van de dagen vond ik het nog leuk ook, stel je dat eens voor! Ik ben er honderd procent van overtuigd dat dit kwam doordat ik een onderwerp had gekozen dat ik heel erg leuk vond en waar ik veel meer over wilde leren: het vrije wil-debat. Ik vond het zelfs zo leuk, dat ik heb besloten om het onderwerp mee te nemen naar mijn masterscriptie die ik op het moment aan het schrijven ben. Al is het dan net in een andere vorm.
Toch sloeg de nervositeit ook voor mijn masterscriptie toe, want ten opzichte van de grootte van mijn bachelorscriptie (8.000 woorden), worden er dit jaar veel meer wijze woorden van mij verwacht. Ik zal pak ’m beet 22.000 woorden wijden aan een filosofische benadering van de ontwikkeling van de vrije wil en de zelfbeschikking van het hoofdpersonage in De Wetten van Connie Palmen (voor degenen die de roman nog niet hebben gelezen: het is een mega aanrader!). De roman had ik binnen drie dagen uit en ik zag meteen een mogelijkheid om het onderwerp van mijn bachelorscriptie door te trekken tot in mijn masterscriptie. Weg was het grootste gedeelte van de nervositeit: alleen de gezonde spanning bleef over.
De moraal van mijn verhaal is dat we de scriptieperiode niet zo somber in moeten zien. Laat je niet gek maken door de mensen om je heen die alleen maar kunnen zuchten en steunen en met een donderwolk boven hun hoofd door de universiteitsgebouwen lopen. Voor alle aanstaande scriptieschrijvers: kies een onderwerp waar je oprechte interesse in hebt (als je natuurlijk zo vrij bent om dat te mogen doen), zo beperk je de hoeveelheid tranen van miserie. En voor de studenten die zich op het moment wagen aan een scriptie: mocht je er toch een beetje tegenop zien, denk dan aan het moment dat je de werktitel kan veranderen van ‘Scriptie.KLAD’ naar ‘Scriptie.DEF’ (ik weet dat jullie hier ook schuldig aan zijn), want dan is daar de langverwachte euforie.
