Tekst door Dominique Seelen, beeld door Bob Foulidis
Steeds geschrokken achterom kijken
De schaduw die volgt en steeds dichter nadert,
gepaard met koude wind die steeds sterker wordt
en als water elke porie vult
Met kou
Bevroren
De donkere leegte waarin het vallen oneindig diep gaat
Misschien richting de bodem,
of is de bodem nu de top?
Steeds opnieuw weer grijpen naar houvast,
maar elke poging is een misgreep in het duister
Schimmen van het bekende waaruit bestaanskracht wordt gezogen
Nietszeggend en minuscuul,
maar niet zonder betekenis; erdoor gevormd zelfs
Gespiegeld aan die andere verwaarloosbare grootheden,
waardoor waarheid de leegte opvult
Focus
op nu, op jou, op hier
De zijde draad belopen, zonder een misstap te zetten
richting licht; helder en fel
Paden waarin de gezette voetstappen leiden maar niet dwingen
De richting ervan erkend en herkend door het verlangen en vermogen,
te geloven en te beloven
Kolkend en schuimend, schitterend en knisperend:
nieuwe ontdekkingen en oude verlangens
Het ene gevoed door het ander,
het ander verworpen door het ene
De kaders verspringen en een warme gloed stroomt binnen
Tot een verlossende adem elke porie vult
Met stilte
Rust
